Rupsjes-nooit-genoeg
Genoeg is meer dan veel, leest mijn man op de gevel van een boerderij in het Groene Hart. Een spreuk die indruk op ons maakt, omdat voor veel mensen toch meer sprake lijkt te zijn van het omgekeerde.
Als ik in de krant lees over de vele rupsjes-nooit-genoeg die de huidige maatschappij telt, moet ik hier des te meer aan terugdenken. Blijkbaar kennen rupsjes als voormalig ING-topman Ralph Hamers, toenmalig president-commissaris van Shell Jeroen van der Veer en mondkapjesdealmagnaat Sywert van Lienden deze spreuk niet. Ik vraag me af hoe zij zich zullen voelen nu de negatieve publiciteit over hun inhaligheid blijft aanhouden. Trekken zij zich werkelijk nergens iets van aan? Of zorgt dit toch ook bij hen, al is het maar ergens in een hoekje van hun bewustzijn, voor een onaangenaam gevoel?
Is dit laatste het geval, dan is er bij hen sprake van cognitieve dissonantie: door inconsistentie tussen kennis, gevoelens en gedragingen ontstaat een onaangename innerlijke toestand. De mens wil over het algemeen een dergelijke toestand zoveel mogelijk wegwerken of tot een minimum beperken. Sommige theorieën gaan ervan uit dat dit alleen door cognitie kan. Andere theorieën veronderstellen dat ook bepaalde emotionele factoren een rol spelen, zoals het in stand willen houden van een gunstig zelfbeeld. Dit laatste komt ook overeen met datgene dat Freud rationalisatie noemde: de persoon herinterpreteert zijn gevoelens of handelingen in meer acceptabele termen.
Ik vraag me af of de heren Hamers, Van der Veer, en Van Lienden hierin geslaagd zijn. Hebben zij, om cognitieve dissonantie te voorkomen, zich mogelijk voorgehouden dat hun doel zeer moeilijk te bereiken was en daarom een riante beloning gerechtvaardigd was. Of houden zij zich, net als Bern Damme, partner in crime van Sywert van Lienden, voor dat zij iets relevants wilden bijdragen aan de samenleving. Waarbij hij aangeeft, dat hij toch niet kon weten dat dit zou uitlopen op een nachtmerrie.
Hadden deze heren maar een wandelingetje gemaakt door het Groene Hart en daarbij goed om zich heen gekeken. Dat had hen vast veel onaangename publiciteit bespaard en daarmee cognitieve dissonantie bij hen voorkomen.